actualiteitsforums  

Ga Terug   actualiteitsforums > Thomas More Kempen > Onderwijs > Onderwijsvisie
Gebruikersnaam
Wachtwoord
Home FORUMS Registreer Arcade Zoeken Posts van vandaag Markeer Forums als Gelezen

Antwoord
 
Onderwerp Opties Stem op Onderwerp Weergave Modus
  #1  
Oud 26th August 2025, 03:19
bijlinda's Avatar
bijlinda bijlinda is offline
Administrator
 
Geregistreerd op: Nov 2004
Locatie: Hasselt
Posts: 2,059
Angry Hoe kan het dat witte scholen zo wit blijven?

Hoe kan het dat witte scholen zo wit blijven?


Subtiele sturingsmechanismen verklaren waarom de verschillen in diversiteit tussen scholen groot blijven. “Sommige scholen gebruiken truken van de foor.”



De samenleving wordt diverser, maar die evolutie gaat aan sommige scholen grotendeels voorbij. Ze hebben nauwelijks anderstalige of kansarme leerlingen, terwijl de buurtscholen nog diverser worden.


Witte scholen

Onze samenleving werd de afgelopen tien jaar veel diverser, maar niet alle scholen volgen die trend. In de reeks ‘Witte scholen’ onderzoekt De Standaard hoe het komt dat sommige scholen erg wit blijven en andere alleen maar diverser zijn geworden. Welke mechanismen spelen er en zijn er gevolgen voor de schoolresultaten?

Die uiteenlopende evoluties lijken op het eerste gezicht moeilijk te verklaren. De schoolkeuze in Vlaanderen is vrij en scholen mogen leerlingen niet weigeren, tenzij de school al vol zit of de zorgnoden van het kind te hoog zijn.

In de praktijk bestaat er een amalgaam aan subtiele sturingsmechanismen die de kleur van een school bepalen. Het gaat niet enkel om thuistaal, maar ook om sociale klasse, zoals het opleidingsniveau of beroep van de ouders.

Dat begint al nog vóór een kind aan zijn schoolcarrière begint, toont VUB-onderzoek dat twee jaar geleden gepubliceerd werd. Onderzoekers schreven alle Vlaamse kleuterscholen aan met fictieve mails. Een gezin zou verhuizen, en informeerde naar een plek op een kleuterschool. Uit de naam was de afkomst af te leiden, met een Vlaamse, Arabische of Congolese naam, en ook de sociale klasse, met een verwijzing naar het beroep van de ouders.

Witte middenklasse-ouders werden ruim dubbel zo vaak uitgenodigd voor een persoonlijke rondleiding door de directeur als ouders met een migratieachtergrond die dezelfde mail stuurden. Ook sociale klasse was bepalend: managers mochten ruim anderhalf keer zo vaak langskomen als fabrieksarbeiders. “Het zijn subtiele sturingsmechanismen, want het ging zelden om een harde nee”, zegt socioloog Pieter-Paul Verhaeghe. “Maar sommige ouders werden ontmoedigd en andere gestimuleerd. Terwijl scholen net een brug moeten slaan naar kinderen uit precaire milieus.”


Bewust lage capaciteit

Bij de keuze van de secundaire school is de sturing nog vele malen groter, en de ongelijkheid tussen scholen ook. Het gediversifieerde aanbod van de school speelt een belangrijke rol. Zo zijn kunstscholen – met als uiterste voorbeeld de Antwerpse balletschool of het Lemmensinstituut – bijzonder wit en kansrijk. Ook bij scholen die voorbereiden op hoger onderwijs – aso-scholen – is er minder diversiteit in de klas. Scholen die technische of beroepsopleidingen aanbieden, trekken opvallend meer anderstalige en kwetsbare jongeren aan.

Maar tussen gelijkaardige scholen met eenzelfde aanbod gaapt soms óók een enorme kloof. Uit een brede belronde blijkt dat scholen – al dan niet reglementair – hun instroom zelf manipuleren. In principe zou dat, door de aanmeldsystemen, bijna onmogelijk moeten zijn. Alleen: sommige scholen houden, volgens directeurs, bewust hun capaciteit laag. Ze geven bijvoorbeeld aan het lokale overlegplatform (LOP) aan dat er plaats is voor drie nieuwe klassen, terwijl er uiteindelijk vier klassen ingericht zullen worden. “Aan gerichte ouders wordt gezegd dat ze die school sowieso op één moeten plaatsen, en dat het na de aanmeldperiode wel in orde komt. Ouders die dat niet weten, en de school op plaats twee of drie zetten, vallen dan af”, zegt een directeur uit het secundair.

Een andere directeur uit Antwerpen getuigt over dezelfde praktijk: “Ouders tekenen op de opendeurdag in op een interesselijst, en krijgen nagenoeg de garantie dat er een plekje voor hen zal zijn. Dat is een van de meest gebruikte truken van de foor.” In Antwerpen bestaan vandaag overigens nog drie aanmeldsystemen. “Brasschaat, Schilde en Schoten hebben niet toevallig hun eigen systeem”, zegt iemand vanuit het LOP. “Zo zorgen ze ervoor dat de rand geen afspiegeling is van de diversiteit in de stad.”

Ook in het basisonderwijs duikt het mechanisme op. “Hoger opgeleide ouders dringen soms aan om de capaciteit te verhogen na het aanmeldingssysteem”, zegt Piet Van Avermaet, LOP-voorzitter in Lokeren en voormalig directeur van het steunpunt Diversiteit & Leren (UGent). “Scholen worden dan onder druk gezet om een paar extra plaatsjes in te richten, maar wij gaan daar niet in mee.”


Skireis als drempel

Scholen bouwen, bewust of onbewust, drempels in waar leerlingen uit witte, hogere sociale milieus makkelijker over kunnen stappen. Zo zijn er verschillende financiële drempels: soms wordt op de infoavond benadrukt dat de skireis, de trip naar Milaan of New York eigenlijk een evidentie of zelfs verplicht is. Een school in het Antwerpse vraagt een voorschot van 200 euro aan ouders – voor het geval dat er facturen onbetaald zouden blijven. Ook de aanschaf van duur materiaal, zoals laptops of tablets, kan ontradend zijn voor jongeren die opgroeien in kansarme gezinnen.

Net zo goed kan het intakegesprek, dat steeds vaker gehouden wordt bij de overgang naar het eerste middelbaar, subtiel sturend zijn. Door rapporten op te vragen, de financiële uitdagingen te benoemen of de taalbekwaamheid te bevragen, wordt soms – al dan niet bewust – ontradend gewerkt.

En na de inschrijving stopt het nog niet. De grootste verschuivingen gebeuren pas na de start van het schooljaar, zegt onderwijspedagoog Martin Valcke (UGent). “Er zijn scholen die met vier parallelklassen starten en er daarvan na twee jaar maar twee overhouden. Er is dus ook na de inschrijving een enorme mobiliteit tussen scholen.”

Ook directeurs zien het gebeuren. “Leerlingen die net niet mee kunnen of door een kleine taalachterstand extra hulp nodig hebben, krijgen een B-attest, waardoor ze geen enkele richting meer in de school kunnen volgen”, legt een directeur uit. “Zo wordt een watervaleffect gecreëerd.”

Een belangrijke vraag is waarom sommige scholen zo’n – al dan niet bewust – selectiebeleid voeren, ten koste van leerlingen uit precaire milieus. “Heel veel scholen willen vooral vasthouden aan een bepaald niveau”, legt pedagoog Pedro De Bruyckere uit. “Ze focussen niet zozeer op diversiteit, maar vereisen bijvoorbeeld een bepaald taalniveau. Daarbij worden veel leerlingen afgeraden om voor die school te kiezen.” Dat zijn, voegt hij eraan toe, “dan vaak de scholen die uitpakken met hun slaagpercentages in het hoger onderwijs”.

Tegelijk gaan scholen vaak op de rem staan omdat ze geen bepaalde aantrekkingskracht of afstotingseffect willen creëren, zegt Van Avermaet. “Directies worden daarbij zowel van bovenaf als van onderuit onder druk gezet. Enerzijds zijn er de raden van bestuur. Anderzijds is er soms ook weerstand bij leerkrachten. Ze horen verhalen dat hoe diverser de klas is, hoe moeilijker het wordt. Er is een vlucht uit Brussel, op zoek naar minder diversiteit. Dat schrikt hen af.”

Scholen vrezen daarbij ook een domino-effect, vult De Bruyckere aan: “Reputaties van scholen gaan heel lang mee. Maar als je doelpubliek verandert, kan je reputatie ook volgen. Daarbij spelen subtiele mechanismen. Door een veranderend publiek trek je bijvoorbeeld niet meer genoeg leerlingen voor Latijn aan. Dus schaf je de richting af. Maar dan heb je dat publiek niet meer. Scholen worstelen met die dominostenen.” Door het dalende aantal leerlingen zal de strijd om leerlingen, richtingen en imago de komende jaren alleen maar harder gevoerd worden, denkt De Bruyckere.


Buikgevoel van ouders

Maar het zijn bovenal de keuzes van ouders die de diversiteit in scholen bepalen. En ook dat begint al in de kleuterklas. Een analyse van de voorkeuren voor kleuterscholen in Gent toonde dat alle ouders een voorkeur hebben voor scholen waarin leerlingen met een gelijke sociaal-economische en etnische achtergrond aanwezig zijn. Tegelijk hebben ook alle ouders een voorkeur voor scholen met meer kansrijke kinderen. Mogelijk geloven ze dat de onderwijskwaliteit daar hoger ligt, stellen de vorsers. Daardoor zijn het vooral de witte, hogeropgeleide ouders die de sterkste voorkeur voor ‘zelfsegregatie’ hebben. Lageropgeleide en anderstalige ouders maken vaker een compromis tussen zelfsegregatie en kwaliteit.

Ook religie speelt een rol. “Katholieke godsdienst schrikt sommige ouders af, waardoor ze snel voor het GO! kiezen”, zegt een directeur. Of scholen al dan niet een hoofddoek toelaten, valt daar evengoed onder.

Hetzelfde principe geldt bij sommige methodescholen: die trekken soms moeilijker een divers publiek aan. In combinatie met voorrangsregels voor broers en zussen en mond-tot-mondreclame creëer je zo een langdurig effect. “Nu speelt bij de schoolkeuze vaak het buikgevoel, en de informatie uit de eigen sociale bubbel”, zegt onderwijseconoom Kristof De Witte (KU Leuven). “Er is betere objectieve informatie over de onderwijskwaliteit nodig, en ook de bewustwording moet toenemen.”

Moet de overheid niet optreden om een betere sociale mix af te dwingen? “Natuurlijk is de segregatie erg. Dat gebeurt dus wel met maatschappelijke middelen”, zegt Valcke. “Ik ben voorstander om scholen te responsabiliseren. Als ze niet goed scoren op diversiteit of leerprestaties, moeten ze het uitleggen en een plan voorleggen. We investeren als maatschappij veel in onderwijs, dus mogen we ook wel wat verwachten.”

“De overheid heeft diversiteit altijd stiefmoederlijk behandeld”, besluit Van Avermaet. “Kijk naar het beleidsplan. Het woord diversiteit staat daar niet in. Scholen worden niet geprikkeld om divers te zijn. En scholen die er keihard aan werken, voelen zich in de kou gelaten. Ik vind dat politiek schuldig verzuim. Leerkrachten roepen: we weten het niet meer, we voelen ons onvoldoende ondersteund. En toch remt de overheid elk krachtig discours af. We weten uit onderzoek dat leerkrachten hele lage gevoelens van bekwaamheid hebben als het over diversiteit gaat. Ondersteun hen dan. Want of we het nu graag hebben of niet: de samenleving is divers, en dus is ook de school divers.”


Blog DS, (Klaas Maenhout - Dries De Smet)
Met citaat antwoorden
Antwoord

Onderwerp Opties
Weergave Modus Stem op dit onderwerp:
Stem op dit onderwerp::

Posting Regels

Smilies zijn Aan
[IMG] code is Aan
HTML code is Uit

Forumsprong


Alle tijden zijn GMT +2. De tijd is nu 23:58.


Powered by: vBulletin Version 3.8.14 by DRC
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.